naar de bespreking van BWV 141

Das ist je gewisslich wahr (BWV 141)

Georg Philipp Telemann

1. Koor

Das ist je gewißlich wahr Dit is zeker waar
und ein theuer werthes Wort, en een dierbaar, waardevol woord,
daß Christus Jesus kommen ist in die Welt, dat Christus Jezus in de wereld is gekomen
Sünder selig zu machen.om zondaren zalig te maken.

2. Aria (T)

Jesus ist der Menschen Heil. Jezus is het heil van de mensen.
Doch wer dieses will genießen, Maar wie dat heil wil ontvangen,
muß sich wahrlich auch entschließen, moet werkelijk ook besluiten
ohne falschen Heuchelschein om zonder vals gehuichel
ihm alleine treu zu sein, alleen hem trouw te zijn,
sonst wird ihm dies nicht zu Theil.anders valt het hem niet ten deel.

3. Recitatief (A)

Wir müssen recht im Geiste nach ihm fragen Wij moeten oprecht naar hem vragen
und nicht nur: hier, hier, hier ist Christus sagen, en niet alleen zeggen: Hier, hier, hier is Christus,
weil alle Heuchler sich mit Erklärung tragen, want zo spreken alle huichelaars;
sonst schänden wir das Evangelium anders onteren we het evangelie,
als uns‘ren besten Ruhm: dat toch het beste is wat we hebben:
an diesem aber merken wir, het maakt ons duidelijk dat wij,
daß, so wir sein Gebot betrachten, als we ons aan zijn gebod houden
und uns nach selbigem unsträflich achten en dat naar beste weten niet overtreden,
daß wir den Heiland kennen. de Verlosser kennen.
Dagegen läßt sich jemand einen Christen nennen, Maar wie zich christen noemt
und giebt der Sünde noch Gehör, en toch gehoor geeft aan de zonde,
der ist ein Lügner und nichts mehr.die is een leugenaar, niets anders.

4. Aria (B)

Jesu, Trost der Geistlich-Armen, Jezus, troost van de geestelijk armen,
lass dich uns're Noth erbarmen, ontferm u over onze nood,
hilf zur wahren Glaubens-Kraft. geef ons de ware kracht van het geloof.
Gieb, daß wir uns dir befehlen Geef dat wij ons aan u toevertrouwen
und kein falsches Wort erwählen, en niet kiezen voor verkeerde woorden,
daran das Verderben haft't.waaraan het verderf kleeft.
  
Libretto: Johann Friedrich Helbig Vertaling: Ria van Hengel

Kale tekst origineel

1. Koor

Das ist je gewißlich wahr
und ein theuer werthes Wort,
daß Christus Jesus kommen ist in die Welt,
Sünder selig zu machen.

2. Aria (T)

Jesus ist der Menschen Heil.
Doch wer dieses will genießen,
muß sich wahrlich auch entschließen,
ohne falschen Heuchelschein
ihm alleine treu zu sein,
sonst wird ihm dies nicht zu Theil.

3. Recitatief (A)

Wir müssen recht im Geiste nach ihm fragen
und nicht nur: hier, hier, hier ist Christus sagen,
weil alle Heuchler sich mit Erklärung tragen,
sonst schänden wir das Evangelium
als uns‘ren besten Ruhm:
an diesem aber merken wir,
daß, so wir sein Gebot betrachten,
und uns nach selbigem unsträflich achten
daß wir den Heiland kennen.
Dagegen läßt sich jemand einen Christen nennen,
und giebt der Sünde noch Gehör,
der ist ein Lügner und nichts mehr.

4. Aria (B)

Jesu, Trost der Geistlich-Armen,
lass dich uns're Noth erbarmen,
hilf zur wahren Glaubens-Kraft.
Gieb, daß wir uns dir befehlen
und kein falsches Wort erwählen,
daran das Verderben haft't.


Libretto: Johann Friedrich Helbig
	

Kale tekst Nederlandse vertaling

1. Koor

Dit is zeker waar
en een dierbaar, waardevol woord,
dat Christus Jezus in de wereld is gekomen
om zondaren zalig te maken.

2. Aria (T)

Jezus is het heil van de mensen.
Maar wie dat heil wil ontvangen,
moet werkelijk ook besluiten
om zonder vals gehuichel
alleen hem trouw te zijn,
anders valt het hem niet ten deel.

3. Recitatief (A)

Wij moeten oprecht naar hem vragen
en niet alleen zeggen: Hier, hier, hier is Christus,
want zo spreken alle huichelaars;
anders onteren we het evangelie,
dat toch het beste is wat we hebben:
het maakt ons duidelijk dat wij,
als we ons aan zijn gebod houden
en dat naar beste weten niet overtreden,
de Verlosser kennen.
Maar wie zich christen noemt
en toch gehoor geeft aan de zonde,
die is een leugenaar, niets anders.

4. Aria (B)

Jezus, troost van de geestelijk armen,
ontferm u over onze nood,
geef ons de ware kracht van het geloof.
Geef dat wij ons aan u toevertrouwen
en niet kiezen voor verkeerde woorden,
waaraan het verderf kleeft.


		Vertaling: Ria van Hengel